Europa-Park opent in 2017 Europa's grootste vliegsimulator. Bezoekers krijgen een verhaal voorgeschoteld over 2 broeders die luchtvaart bezigden en nu de vliegervaring aanbieden in hun tot museum omgebouwde werkplek. Deze ervaring biedt een vlucht over iconische zichten uit alle hoeken van Europa. Aan het oogstrelende ontwerp van de attractie ging een uitgebreid ontwikkelingsproces vooraf. Hoog tijd dus voor een analyse van EP's toekomstige paradepaardje.
De investeringsmotor van Europa’s snelst groeiende pretpark draait niet aflatend op volle toeren. Hoewel het park de miljoenen recentelijk rijkelijk rondstrooide bij revisie en uitbreiding van haar attractieaanbod en daar in 2018 nog een volledig waterpark én een nieuw themahotel bijlapt, blijken er nog megaveel miljoenen over. Daarmee trok een select clubje Europa-Park-afgevaardigden in sexy uniformpjes doorheen Europa, gewapend met camera’s, drones en helikopters. In 2017 vertaalt zich dat naar de opening van Europa’s grootste ‘Flying Theatre’. Daarmee werd vorige week eindelijk officieel bevestigd wat we op ons forum stiekem al sinds eind vorig jaar vermoedden. De attractie komt in het Duitse themagebied vlak bij de hoofdingang te liggen, links van de mainstreet en krijgt voorlopig de codenaam “Project-V”. Met de toevoeging is een investering van 25 miljoen euro gemoeid.
Het Technische Fundament
De basis van de attractie is uiteraard zijn werkingsprincipe en bijhorende cijfertjes; Europa-Park koos voor zijn ‘flying theatre’ voor de ‘I-Ride’ van het Taiwanese Brogent engineering. Dit is een soort van vliegsimulator die subtiele bewegingen combineert met een film op een enorm scherm, wat de illusie opwekt van een zweefvlucht. Vaak wordt er ook gebruik gemaakt van geur- en windeffecten. Er zijn verschillende firma's beschikbaar die dit type attractie aanbieden, maar Brogent engineering claimt de enige te zijn die 6 vrijheidsgraden aanbiedt in de simulatiebewegingen. “Project-V” zal over twee showcomplexen beschikken. Elk showcomplex beschikt over een scherm in de vorm van een verticaal geplaatste koepel van 16 meter hoog en 21 meter breed. Wanneer de attractie in werking is hangen per complex 7 gondels voor elk 10 personen verdeeld over drie etages in dit koepelscherm. Met ongeveer tien ritten per uur komt de theoretische maximumcapaciteit dan op 1400/uur te liggen. Onderstaand filmpje geeft een helder overzicht. ‘Project-V” is een samenwerking tussen verschillende bedrijven: Mack Media verzorgt de ontwikkeling van de film, Mack Solutions neemt de vormgeving van de attractie voor zijn rekening en Kraftwerk zorgt voor de audiovisuele integratie.
De inhoud: Het verhaal
Uiteraard volstaat het voor een themapark niet om dit fundament droogweg neer te smijten in het park. Al helemaal niet wanneer het een van Europa’s grootste parken betreft. Daarom biedt Project-V, zoals het een goede grote investering betaamt, een unieke ervaring, netjes ingebed in een verhalende context, die ook decoratief uitgewerkt wordt met een oog voor detail. Bovendien sluit die combinatie tot slot perfect aan op de identiteit van het park.
Het basisidee voor het verhaal is dat mensen er al sinds mensenheugenis van dromen om te kunnen vliegen. “Project-V” stelt de oude werkplaats voor van Egbert en Kaspar, twee broers die deze droom werkelijkheid maakten met behulp van verschillende uitvindingen. Vandaag de dag is de werkplaats omgebouwd tot museum en een plek waar je zelf kan ervaren hoe het voelt om te vliegen. Europa-Park heeft overigens de ambitie om dit achtergrondverhaal uiteindelijk deel te laten uitmaken van een veel grotere verhalenwereld die over verschillende attracties heen beleefd kan worden en jaar op jaar verder uitgewerkt zal worden.
Voor de film werden 14 locaties in Europa uitgekozen met toegankelijkheid, veiligheid en variatie als belangrijkste selectiecriteria. Onder meer Barcelona, Berlijn, Londen, Parijs en Venetië maken hun opwachting in de film. Om bij de eigenlijke opnames niets aan het toeval over te laten werd elk shot vooraf gemodelleerd, zodat de uiteindelijke camerabewegingen vooraf reeds per locatie minutieus gepland konden worden.
De Verpakking: Het uitzicht
Dit verhaal dicteert de richtlijnen voor het ontwerp. Als deze gebroeders de middelen hadden voor vliegexperimenten en de werkplaats daarvoor later ombouwden tot museum, dan is de architectuur van die plaats eerder oud dan modern en vraagt de omvang van een voormalige vliegtuiggarage om een groot en imposant gebouw. Het ontwerpersteam ging dus op zoek naar voorbeelden van zulke historische imposante gebouwen en deed onder meer inspiratie op bij het stadhuis van Bremen en Manchester en het rijksmuseum van Amsterdam.
Vanuit deze type-gebouwen, spoort men compatibele architecturale elementen uit verschillende stijlen op. Er wordt gekeken naar raamvormen, dakconstructies, tegels, glasramen, pilaren en andere ornamenten. Vervolgens maakt het team hiervan een selectie, die wordt samengebracht tot een herkenbaar, maar toch authentiek ogend geheel. Dit proces kan verschillende keren doorlopen worden met telkens een andere eindresultaat. In een eerdere versie zag de façade van de attractie er bijvoorbeeld uit als een eerder klassiek stadhuis. Uiteindelijk komt men met inbegrip van praktische afwegingen uit op het huidige ontwerp van het Project-V-instituut.
Ook voor de binnenkant is het verhaal bepalend in wat er te zien is. Een museum gebaseerd op een oude werkplaats veronderstelt een grootse entree, de oorspronkelijke werkplekken en eventueel een bibliotheek. Europa-Park kiest ook duidelijk voor een antiek aandoende stijl met veel hout-motieven, een element dat ook vaak terugkeert in vroege prototypes van vliegtoestellen. De gondels van de eigenlijke attractie krijgen ook deze antieke evergreen-thematiek mee.
Uniciteit en Authenticiteit
Europa-Park presenteert haar nieuwigheid als een originele en unieke ervaring. Het zou absurd zijn moest het park haar toekomstige topper niet zo aanprijzen. Maar hoe uniek en authentiek is het eigenlijk om in 2017 een ‘Flying Theatre’ te openen?
Disney’s Soarin’
De eerste versie van dit soort attractie opende 16 jaar geleden de deuren gelijktijdig met Disney California Adventure (het tweede park van het resort in het Amerikaanse Anaheim). Hoewel het park initieel tegenvallende bezoekerscijfers had, was de vluchtsimulatie langsheen Californië’s hoogtepunten een instant hit. De wachttijd bedroeg minimaal een half uur en liep vaak op tot ruim drie uren. In 2005 kreeg Epcot in Disney World ook zijn eigen Soarin’-attractie. Beide attracties hebben luchtvaart-thema’s. Dit jaar nog opende Disney een derde Soarin’ in het nieuwe park in Shanghai. Tegelijkertijd werd voor alle drie de attracties een nieuwe film in gebruik genomen die plaatsen uit heel de wereld selecteert. Een vierde Soarin’ zou in 2019 zijn opwachting maken in het resort van Tokio. Opvallend is dat de twee amerikaanse disneyparken de film besluiten met een vuurwerkscène boven een disneypark. Europapark zou een gelijkaardige finale voorzien hebben voor Project-V, waarmee het wel erg opzichtig leentje buur speelt bij de Disneyparken. Uiteraard is het beter goed gejat dan slecht bedacht, maar bij Europa's beste park was een 'goed bedacht' wellicht een pak waardiger geweest.
Vier vliegers voor Europa
Het concept van het ‘flying theatre’ is dus niet erg nieuw meer, maar je moest als Europeaan toch al een aardig stukje lopen of zwemmen om er eentje tegen te komen. Dat schijnt de vrije-tijds-industrie ook te zijn opgevallen, want vanaf volgend jaar telt Europa maar liefst vier Soarin’-gebaseerde attracties. De eerste komt al in december naar het Franse Futuroscope, Amsterdam presenteert een ‘This is Holland’-variant in het voorjaar en bij Barcelona zullen bezoekers in het nieuwe Ferrari Land een rode ferrari achternazweven doorheen enkele bescheiden hoogtepuntjes van de wereld. De versie van Europa-Park is dus zeker niet de enige, maar wel de grootste van de vier Europese vliegsimulators.
Tekst: © Jonas Claes - Pretparken.be // Bron: Europa-Park, Wikipedia, Parkplanet.nl // Foto's: © Europa-Park