De start
December 1983. In Glendale, een buitenwijk van Los Angeles, maken de Walt Disney Imagineers zich klaar om te feesten. De feestdagen komen er immers aan, en eerder dat jaar zijn de bouwwerken aan Tokyo Disneyland in Japan voltooid. Reeds enkele maanden na opening blijkt het Japanse park een echte goudmijn te zijn. Maar Disney is niet gelukkig met het succes in Japan, het park is een beetje het slachtoffer van zijn succes en vooral: het park is niet in handen van Disney. Meer zelfs, Disney heeft zelf geen cent uitgegeven aan de bouw van Tokyo Disneyland. The Oriental Land Company, een consortium van grote Japanse bedrijven, heeft de bouw van het park gefinancierd en baat het uit. Enkel uit licenties voor het gebruik van de figuren en attracties en uit 5% van de merchandise verkoop kan Disney geld slaan. Tokyo Disneyland was wel het bewijs dat het concept van een Disney park ook aanslaat buiten Amerika. De volgende keer zou Disney het wel goed doen in plaats van toe te kijken hoe iemand anders met de inkomsten gaat lopen. In Los Angeles vragen de Imagineers zich af wat hun volgende project zou kunnen worden. Bij het bekijken van de archieven realiseerden ze zich dat zowat elk land in de wereld ooit een aanvraag ingediend heeft bij Disney om een themapark te bouwen. De Imagineers komen tot de conclusie dat het volgende Disney park zeker in Europa zou moeten gebouwd worden.
Toen in 1984 Michael Eisner en Frank Wells het management team van Disney vervoegden, kwam het Europese project weer ter discussie. Het nieuwe management vond dat de tijd rijp was voor een volgende stap. Uit een door Disney aangevraagd marktonderzoek bleek dat de meeste bezoekers aan Euro Disney uit Engeland, Duitsland en Italië zouden komen. En wanneer je iets wil bouwen dat zo dicht mogelijk bij deze drie landen ligt, kom je al snel in Frankrijk uit. Uiteindelijk heeft men 1.200 mogelijke locaties doorheen Europa bestudeerd, en zijn de onderhandelingen tussen Disney en de verschillende overheden gestart. Disney heeft een groot voordeel bij de onderhandelingen: overal waar Mickey Mouse eerder een park geopend had, waren duizenden nieuwe jobs gecreëerd. Om nog maar te zwijgen van de miljoenen bezoekers die het park elk jaar zouden bezoeken. Eén voor één werden de locaties bezocht en bekeken. Men weerhield 2 locaties: Marne-La-Vallee bij Parijs en het Spaanse Salou (waar nu Port Aventura ligt). Het park in Spanje bouwen zou de meest voor de hand liggende oplossing zijn, het weer is er het grootste deel van het jaar immers vergelijkbaar met dat van Orlando. Marne-La-Vallee ligt dan weer dicht bij Parijs en is ook centraal gesitueerd binnen West-Europa. Dat laatste is een belangrijke factor voor het welslagen van het nieuwe resort: de voorgestelde locatie ligt op minder dan 4 uur rijden voor 68 miljoen mensen, en op twee uur vliegen voor ongeveer 300 miljoen mensen.
In 1985 reisde Jay Rasulo naar Parijs om te onderhandelen over 1943 hectare bietenvelden in Marne-La-Vallée voor de prijs van $5.000 per hectare. De toenmalige Franse President Mitterand zette zich persoonlijk in om Disney naar Frankrijk te halen. Maar de Franse overheid had hier een goede reden voor, de werkloosheid in de regio van Marne-La-Vallée was bijzonder hoog en van economische ontwikkelingen was zo goed als geen sprake. De condities die de Franse overheid aanbood maakte de keuze simpel. Naast financiële steun zou Frankrijk een groot deel van de infrastructuurwerken op zich nemen: een nieuwe snelweg en een TGV-verbinding tussen het park en de rest van Europa. Allemaal op kosten van de Franse belastingbetalers.
Op 18 december 1985 kondigt Walt Disney Productions aan om Disneyland in Frankrijk te bouwen, nadat eerder Michael Eisner en de Franse Premier Fabius een overeenkomst getekend hadden. Het zou nog anderhalf jaar duren, tot 24 maart 1987, vooralleer Eisner en de toenmalige Premier Chiraq het 400 pagina's dikke contract tekenen. Met een investering van 4 miljard dollar was Euro Disneyland, na de kanaaltunnel, het grootste bouwproject in Europa.
Begin augustus 1988 startten de bouwwerken. Een jaar later zakte Michael Eisner af naar de Parijse beurs voor de lancering van het Euro Disney Aandeel. Een grote groep journalisten uit heel Europa was bij elkaar gekomen om te luisteren naar de speech van Eisner. Maar toen hij zijn speech afstak gooiden een aantal protestanten met eieren en zwaaiden met 'Mickey, Go Home'-plakaten. Een groot aantal Fransen vond immers dat Euro Disney schade zou aanbrengen aan de Franse cultuur. Franse Intellectuelen omschreven het park als een culturele Chernobyl. Maar het park zou wel een belangrijke boost geven aan de economie in de Parijse regio. In 1990 werd Espace Euro Disney geopend, hier werd aan het publiek getoond wat Disney aan het bouwen was. Vanaf september 1991 is men gestart met het aanwerven van castmembers. Ondanks het feit dat de bouwwerken te maken kregen met strenge winters, extreem nat weer en obussen uit de Eerste Wereldoorlog verliepen de werken zoals gepland. Euro Disney opende eerst zijn deuren voor zijn werknemers, de sponsers en hun families, einde maart 1992. De pers mocht het park betreden op 11 april 1992, en een dag later op 12 april om 9u01 stipt opende het park zijn deuren voor het grote publiek. Het vertrouwen was groot, de verwachtingen hoog. "Mijn grootste vrees is dat we té succesvol zullen zijn", verklaarde Euro Disney baas Robert Fitzpatrick.
Klik hier om naar deel twee te gaan.